Interview met Catherine de Zegher, juni 2012.
Catherine de Zegher is
een kunsthistorica, curator, en kunstcritica met internationale naam en faam. Toch
blijft ze graag naar Kortrijk terugkomen om ook hier haar stempel op de kunstwereld
te drukken.
Een kort interview naar aanleiding van de opening van de Budafabriek te Kortrijk.
Hilde Van Canneyt: Hallo Cathy, ben jij geboren en getogen in Kortrijk?
Catherine de Zegher: Ik ben in
Groningen geboren, maar ben wel Belg en liep school in Onze-Lieve-Vrouw van Vlaanderen
en erna ben ik aan de Rijksuniversiteit van Gent kunstgeschiedenis en archeologie
gaan studeren.
HVC: Ondertussen was je al Directrice van The Drawing Center in New York,
ben je nu curator voor de 18e Biënnale van Sydney en ga je later de
Biënnale van Moskou cureren. Wat is je specialiteit als curator?
CdZ: Volgend jaar zal
ik ook nog het Australisch paviljoen op de Biënnale van Venetië cureren met
Simryn Gill. Waarom ik veel gevraagd word als curator? Ik promoot graag een
nieuw model van samenleven en samen denken en werk altijd nauw samen met de
kunstenaars. Verder vind ik het feminiene in de kunst en het dagelijkse leven heel
belangrijk, m.a.w het empathische, het inter-subjectieve, en het reciproque. Samenwerking
maakt een belangrijk deel uit van mijn werkwijze. Daarnaast maak ik reeds
twintig jaar tentoonstellingen en heb ik veel boeken over kunst geschreven.
HVC: In de jaren ’80 heb je sterk ingezet voor beeldende kunsten in de
stad Kortrijk, maar de tijd was er toen nog niet rijp voor, las ik in de
briefing van de directeur van het Budacentrum. Klopt dat?
CdZ: Ik was directrice
van Kunststichting ‘Kanaal’ en wij waren de eersten in Vlaanderen. Maar het was
heel moeilijk voet aan wal te krijgen. Al hebben wij de trend gezet voor veel
kunstinstellingen die later opgericht werden in België.
HVC: Zou de stad er nu – dertig jaar later – wél rijp voor zijn? Vorig
jaar heeft kunstenares Nathalie Van Heule ‘ Paradise lost paradise‘ op
verschillende locaties in Kortrijk neergepoot en dat was geen onverdeeld
succes.
CdZ: Ik denk dat er inderdaad
een ander tijdsklimaat is en Kortrijk er nu wél klaar voor is. Graag zou ik een
aantal projecten met de Budafabriek organiseren, onder andere rond Europalia
India en bij de heropening van het Vlasmuseum. Ik ben daar heel blij mee, want
daardoor lijkt wat we ooit gedaan hebben nu toch zijn vruchten af te werpen.
HVC: Kortrijk is ook gekend als designstad, denk je dat dat invloed
heeft op de beeldende kunsten in de stad? Of heeft kunst en design niets met
elkaar te maken?
CdZ: Ik geloof meer in
kunst dan in design, maar dat is persoonlijk. Je ziet meer en meer cross-overs tussen de verschillende
disciplines, en dat is een positief gegeven.
HVC: Welke ruimtes of plaatsen in de publieke sfeer zouden in Kortrijk
dienst kunnen doen als originele exporuimte of exposite?
CdZ: De Budafabriek zal
alleszins een mooie nieuwe ruimte worden. Vroeger hebben we al het begijnhof
ingepalmd, de academie, de textielfabriek, het station…
HVC: Als je mocht dromen, welke kunstenaar zou je graag eens naar een
Kortrijkse expo halen?
CdZ: Ik droom van een
aantal kunstenaars, maar ik geef liever geen namen. Laat ik het stellen dat ik
vooral werk met kunstenaars waar ik voeling mee heb.
HVC: Vind je dat er genoeg gedaan wordt voor de beeldende kunsten in
Kortrijk?
CdZ: Ik denk dat we op
een heel goed spoor zitten. Er moeten natuurlijk financiële middelen zijn, maar
ik denk toch dat er hard aan gewerkt wordt en de mensen heel enthousiast bezig
zijn op een hoog niveau met een goede samenwerking. Daarom ben ik er ook graag
bij betrokken.
HVC: Welk voordeel kan Kortrijk hebben tegenover de (andere)
kunststeden in België?
CdZ: Ik denk dat we
moeten blijven verder werken op de productie van projecten - zoals geïnitieerd
door het Kanaal.
HVC: Wat is voor jou je favoriete plekje in Kortrijk?
CdZ: Ik ben graag bij
mij thuis als ik in Kortrijk ben. (lacht) Met de jaren ben ik er liever en
liever gaan wonen.
HVC: Wat zou burgemeester Stefaan De Clerck nog kunnen toevoegen aan de
beeldende kunsten in Kortrijk?
CdZ: Ik denk dat onze
burgemeester al enorm veel gedaan heeft voor de kunst en hij doet nog altijd
voort. Hij heeft veel positieve energie en dat is heel stimulerend voor het
creatieve. Hij kent het belang van het culturele leven en ik kan hem alleen
maar dankbaar zijn voor al het werk dat hij gedaan heeft.
HVC: Misschien kan je de burgemeester vragen dat er meer ateliers voor
kunstenaars ter beschikking gesteld worden.
CdZ: Daar kan ik me
niet over uitspreken. Daarvoor moet je meer geïmpliceerd zijn en ik ben daar
niet genoeg van op de hoogte.
HVC: Heb je nog curatorsdromen?
CdZ: Ik neem het leven
zoals het komt, dag per dag.
HVC: Dat is een goede filosofie!